Hoe werkt het lichaam tijdens het wielrennen?

Als je tijdens het wielrennen wat harder gaat trappen, kan je dat vaak een bepaalde periode volhouden. Je merkt op ten duur dat je benen “vollopen” en je moet je inspanning na een poosje stopzetten en op een lagere intensiteit door fietsen. Waarom is dat? Waarom kan je niet gewoon lekker doorknallen? Om die vraag te kunnen beantwoorden, moeten we kijken hoe je lichaam werkt tijdens het wielrennen.

Hoe werkt het lichaam tijdens het wielrennen?

Om deze vraag te kunnen beantwoorden moeten we eerst kijken wat onze energiebronnen zijn om later te kijken hoe deze bronnen worden verbrand.

Drie energiebronnen

Net zoals een auto heeft het lichaam benzine nodig heeft om te vooruit te kunnen komen. Waarbij benzine uit olie word gehaald, haalt het lichaam energie uit voeding. Het lichaam kan zijn energie uit 2 grote energiebronnen vandaan halen, suikers(koolhydraten) en vetten(lipiden). De koolhydraten is een energiebron die snel en direct energie levert en maximaal. Vetten zijn een langzame energiebron, die lang energie kunnen geven. Daarnaast heeft het lichaam ook een nood bron als deze 2 energiebronnen zijn uitgeput, de eiwitten(proteïnen). Op deze energiebron wil je eigenlijk geen aanspraak op doen. Als het lichaam eiwitten verbrand,is het bezig om de eigen spieren te verbranden, om maar aan de gewenste energie te komen.

ATP is onze benzine

Nu het duidelijk is welke energiebronnen het menselijk lichaam heeft, is nu het belangrijk wat eigenlijk de benzine is voor ons lichaam. Er zijn meerdere energievormen waar het lichaam op werkt, maar de belangrijkste vorm is ATP(Adenosinetrifosfaat). ATP is de chemische energie die direct beschikbaar is voor alle cel functies. Een klein deel van de ATP ligt opgeslagen in de cellen, maar het grootste deel wat wordt gebruikt voor het samentrekken van de spieren, is afkomstig uit ons voedsel. ATP is eigenlijk de benzine van ons lichaam.

Drie verbrandingssystemen

Ons lichaam kent drie verbrandingssystemen, die kunnen worden opgedeeld in twee hoofdsystemen. Dit zijn het aerobe systeem en het anaerobe systeem. Bij het aerobe systeem komt altijd zuurstof bij de verbranding te pas. Het anaerobe systeem werkt zonder zuurstof(makkelijk te onthouden door het woordje an te zien als on). Het anaerobe systeem kan je weer onderdelen in lactisch en a lactisch. Lactaten is een synoniem voor melkzuur.

 

Anaerobe systeem

A-lactisch anaerobe

Het A-lactisch anaerobe systeem houdt een renner ongeveer 10 tot max 30 sec vol. Een sprintje dus. Bij dit systeem komt er geen koolhydraten aan te pas. Bij het a-lactisch systeemwordt er gebruik gemaakt van een voorraad creatinefosfaat wat in de spieren ligt opgeslagen.  Als de creatinefosfaat op is dan gaat het lichaam over op het lactisch anaerobe systeem.

A-latisch anaerobe

Het lactisch anaerobe systeem houdt een renner ongeveer 5 a 6 minuten vol. De spieren gebruiken koolhydraten als brandstof en melkzuur als reststof. De melkzuur hoopt zich op in de spieren. Hierdoor krijg je de spierpijn tijdens de inspanning en moet je de inspanning op een lagere inspanning doorzetten. Het anaerobe systeem wordt pas ingeschakeld als de renner boven zijn omslagpunt komt te zitten (in sprints of in een demarrage).

Aerobe systeem

Aerobe is alles onder het omslagpunt. Bij dit systeem wordt er wel gebruik gemaakt van zuurstof. Tijdens een zwaardere inspanning(D3) wordt bij dit systeem koolhydraten gebruikt als brandstof, bij een lichtere inspanning (D1,D2) worden er vetten verbrand.

Koolhydraten

De renner kan het aerobe systeem met koolhydraten over het algemeen maximaal anderhalf uur volhouden. Daarna zal de renner last krijgen van hongerklop.

Vetten

Het aeriobe-systeem met een vetverbrandig wordt door het lichaam aangesproken als je op lage intensiteit rijdt. Aangezien je lichaam een goed vetvoorraad heeft, kan je dit systeem heel lang volhouden. Ga je weer intensiever fietsen, dan zal je van je vetverbrandingssyssteem weer gaan naar het verbrandingsysteem met koolhydraten.

Eiwitverbranding

Het laatste verbrandingssysteem die het lichaam heeft is eiwitverbranding. Eigenlijk wil je dit systeem niet aanspreken, want in feiten verbrand je met dit systeem je eigen spieren! Ruik je na een training naar verbrand haar, dan heb je een eiwittenverbranding gehad in je lichaam.

Nu weet je wat jou lichaam doet tijdens het wielrennen. Probeer de verschillende trainingsintensiteiten eens uit. Dan weet je wat jouw lichaam aan kan.

Blijf altijd fit met de producten van Fitwinkel.nl!

Wieleradvies.nl » wielrentraining » Hoe werkt het lichaam tijdens het wielrennen?

DEZE BLOG IS GESCHREVEN DOOR

RICK VAN DER ZANDEN

Als kleine jongen ging ik mee naar wielrenwedstrijden van m’n broer en zo ben ik aangestoken met het wielervirus. Tot mijn 23e heb ik wedstrijden gereden bij de elite/beloften. Daarna heb ik diverse cursussen en opleidingen gevolgd om mijn kennis over trainingsleer en het menselijk lichaam. Deze kennis deel ik nu jonge talenten die ik train en met jou op Wieler Advies!

 

VOLG MIJ OP

Ook leuk om te lezen

Volg ons